Kleur je leven

Zomaar op een plein ergens in een stad, daar staat de grote kerstboom waar ik in hang.

Ik ben niet zomaar iemand, ik ben een Kerstengel.

Elk jaar probeer ik in december goed werk te doen

Vanaf de plek waar ik hang heb ik een goed uitzicht over het plein.

Elk jaar ben ik op dit plein, dit jaar wil ik kijken hoe het met de bewoonster van nummer 5 is.

Ik verlaat mijn koude plek om naar haar toe te gaan.

Als ik binnen kom slaapt ze al.

Ik ga op het randje van haar bed zitten.

Ze doet haar best ik weet het en ik voel het, maar het is vooral voor anderen dat ze haar best doet.

Ik por zachtjes in haar zij, ze wordt wakker.

Ze schrikt als ze mij op haar bed ziet zitten.

"Wees niet bang Noëlle, ik ben een Kerstengel ik ben gekomen om je iets te laten zien."

Voordat ze iets kan zeggen ziet ze op de witte muur voor haar bed een beeld verschijnen:

 

Noëlle ziet zichzelf als een blij klein meisje.

Ze rent door een veld met bloemen, stopt af en toe om een bloem te plukken waarna ze weer vrolijk verder rent.

Dan ziet ze zichzelf aan tafel zitten in een keuken gevuld met een heerlijke geur van vers gebakken appeltaart.

Op tafel, tussen haar en haar moeder staat een vaasje met daarin de veldbloemen.

 

Gebiologeerd kijkt Noëlle vanuit bed naar de 'film' die zich voor haar ogen afspeelt.

De ogen van haar moeder staan verdrietig, precies zoals ze het zich herinnert.

Nadat Noëlle's vader hen verliet, was haar moeder nooit meer blij geweest.

Kleine Noëlle deed altijd haar best om haar moeder blij te maken.

Het lukte naar nooit om de verdrietige blik uit haar moeder's ogen te doen verdwijnen, hoe goed ze ook

haar best deed.

De volgende beelden laten Noëlle zien op de middelbare school.

Een stil, ijverig meisje.

Ze helpt klasgenoten met hun huiswerk en maakt uittreksels voor degenen die geen zin hebben

een boek te lezen.

Men wist: Noëlle zegt nooit nee.

Noëlle deed alles om er bij te horen en aardig gevonden te worden.

Alleen kreeg Noëlle niet meer dan een snel gemompeld "dank je wel" te horen.

Het was zo gewoon dat zij dit deed.

Wie Noëlle is dat wist men eigenlijk niet, niemand vroeg het haar en Noëlle bleef stil.

 

Zo gaat het ook in haar werk.

Noëlle werkt hard, nauwelijks tijd voor een praatje met collega's.

De directeur is het zo gewend dat zij alles voor hem regelt en op rolletjes laat lopen.

Wie Noëlle is?; ook hij vraagt het nooit.

Hij weet alleen dat ze vrijgezel is en ergens in het centrum van de stad woont.

En Noëlle, zij doet haar plicht.

 

Noëlle stopt veel tijd en energie in haar werk, ze gaat niet uit heeft geen vrienden en vriendinnen.

Noëlle kan zich niet voorstellen wat zij iemand te bieden heeft.

  

Nu zien we beelden van Noëlle die in bed ligt, veel ouder dan ze nu is.

Ze strompelt uit bed en gaat moeizaam en kreunend de trap af.

In de keuken rommelt ze wat in de kastjes, ze vindt er een pak aangebroken crackers.

Rillend van de kou gaat ze aan de keukentafel zitten.

Ze eet een paar droge crackers, het enige eetbare dat ze in huis heeft.

Ze voelde zich deze week niet zo lekker en kon de deur niet uit voor boodschappen.

Nu is het Kerstavond en zijn de winkels dicht.

Kerstmis het zijn niet de dagen vol gezelligheid, warmte en liefde zoals bij anderen.

Vroeger deed haar moeder haar best voor haar.

Dan was er een boom, brandden er kaarsjes en haar moeder kookte iets lekkers.

Sinds haar moeder er niet meer is, doet Noëlle niets meer aan Kerst.

Noëlle leidt haar hele leven een teruggetrokken leven.

Op de muur verdwijnen de beelden.

 

Ik zie hoe Noëlle verstard naar de muur blijft kijken.

'Zo hoeft het niet te gaan Noëlle.

Ik zal je laten zien hoe het ook kan gaan'

Op de muur verschijnt een nieuw beeld:

 

In de woonkamer staat een kerstboom.

Er ligt één pakje onder.

 

 

Noëlle pakt het op, verbaasd dat haar naam er op staat.

Ze scheurt het papier open en ziet een grote doos met kleurpotloden.

Als ze de doos opent vindt ze een kaartje met daarop de afbeelding van een engel.

In sierlijke letters staat geschreven:

‘Als je meer kleur in je leven wilt zul je zelf de kleurpotloden ter hand moeten nemen’

De film gaat verder:

 

Een collega vraagt: "Noëlle, zou je dit jaar naar het Kerstfeest willen komen?

Het is altijd zo gezellig en goed geregeld door jou.

Zo jammer dat je er zelf niets van meemaakt.”

Noëlle kijkt verrast op, ze verwacht niet dat iemand haar mist.

Ineens ziet ze een kleurpotlood in haar ooghoek verschijnen.

Tegen de collega zegt ze: "Misschien, ik zal er over denken."

 

Noëlle is altijd maar aan het denken, ook nu: "Als ik ga, wat moet ik dan aan?

Ik heb niets geschikts.

Iedereen kent elkaar en ik ken eigenlijk niemand.

Oh ja ik weet stuk voor stuk wie het zijn en of ze getrouwd zijn en kinderen hebben, maar waar moet ik

met hen over praten."

Van die gedachten alleen al wordt ze misselijk.

Ze denkt aan de doos kleurpotloden die ze onder de kerstboom vond.

 

Ze gaat op tijd weg van haar werk en haast zich naar een winkelstraat.

Noëlle stapt een boetiek binnen en doet iets wat ze nog nooit heeft gedaan ze vraagt een verkoopster

om iets voor haar uit te zoeken voor het bedrijfskerstfeest.

De verkoopster brengt haar naar een stoel en komt even later terug met een aantal setjes kleding.

Noëlle voelt weer die misselijkheid opkomen.

"Is dat wel wat voor haar?

Wat gaat dat wel niet kosten?

Dat staat haar toch niet?"

Plots ziet ze op de grond een kleurpotlood liggen.

 

Na een uurtje komt Noëlle met een paar tassen de winkel weer uit.

Ze kijkt vrolijker en er ligt een glans in haar ogen.

Wat een geluk dat het koopavond is, ze kan meteen door naar de kapper.

"Ik weet niet wat ik wil.

Doet u maar wat u denkt dat goed bij mij past.

Maar het moet niet te opvallend zijn;" zegt ze even later tegen de kapper.

Een paar uur later kijkt ze naar een heel andere vrouw, nieuwe coupe en nieuwe kleur.

Haar ogen glanzen nog meer als ze de kapsalon verlaat.

Even wordt de muur weer wit, Noëlle kijkt me vragend aan.

Ik knik in de richting van de muur, waar het volgende beeld verschijnt:

 

Noëlle kijkt op de klok, over twee uur begint het Kerstfeest en zij loopt nog in haar oude kleding rond.

Ze is misselijk en draaierig, misschien moet ze toch maar thuis blijven.

Ze ziet de doos kleurpotloden liggen en weet dat ze moet gaan.

 

Het lijkt wel alsof er een andere vrouw de deur uit gaat die middag.

Ze is een beetje laat als ze het restaurant binnenkomt, ze ziet de eigenaar die haar verbaasd aankijkt.

"Ben jij dat Noëlle? Ik herken je bijna niet? Moet je nog iets regelen?"

Ze kijkt hem verlegen aan en zegt zacht: "Ik kom kijken hoe mijn collega's het Kerstfeest vieren."

Als ze bij de zaal komt hoort ze kerstmuziek, mensen praten en lachen, een enkeling zingt mee.

Weer wordt ze misselijk en wil ze omdraaien.

Het lijkt alsof iemand haar een duwtje geeft, de deuren gaan vanzelf open.

Ineens staat ze middenin die vrolijkheid.

Collega's draaien zich naar haar om, ze ziet verbaasde blikken maar ook verraste en als ze zich niet vergist

zelfs bewonderende blikken.

"Hé, Noëlle wat leuk dat je gekomen bent. Wow wat zie je er goed uit" zegt de collega die haar gisteren

vroeg of ze wilde komen.

De collega  pakt Noëlle bij de hand, Noëlle laat zich mee voeren naar een groepje collega's van de IT-afdeling.

Eén van de mannen drukt een kus op haar wang en zegt lachend terwijl hij omhoog wijst: 

"Dat mag, kijk maar daar hangt mistletoe."

De anderen lachen en tot haar eigen verbazing lacht Noëlle mee.

 

Er trekt een kind aan haar mouw: " Je moet meekomen de Kerstman gaat pakjes uitdelen.

Kijk daar zit hij al met een hele stapel."

Noëlle loopt mee en gaat bij een groepje ouders staan dat zichtbaar staat te genieten van de blije

gezichtjes van hun kroost.

 

De Kerstman pakt een pakje en roept haar bij zich:

"Lieve Noëlle, wat zijn we allemaal blij met de manier waarop jij dit elk jaar weer regelt.

Waar we helemaal blij mee zijn is het feit dat jij er vandaag bij bent.

Je werkt altijd hard en zorgt dat alles op rolletjes loopt.

Ik heb hier een pakje voor jou als blijk van waardering voor alles wat je voor het bedrijf doet."

Ineens begint er iemand te klappen, de rest klapt mee.

Noëlle voelt dat ze kleurt als ze onder luid applaus naar de Kerstman loopt.

Ze neemt het pakje aan.

De Kerstman geeft haar een kneepje in haar schouder en knipoogt naar haar als

hij zegt: "wat zie je er mooi uit."

Zijn ogen komen haar bekend voor maar ze kan niet plaatsen van wie ze zijn.

 

Noëlle scheurt het papier open en ziet een groot blanco tekenblok.

Er steekt een kaartje uit met daarop de afbeelding van een engel.

In sierlijke letters staat geschreven:

‘Jij bent degene die de lege bladzijden die nog voor je liggen van kleur kunt

voorzien.’

Als de hele stapel cadeaus is uitgedeeld klinkt er weer vrolijke kerstmuziek.

Na een paar liedjes is het tijd om te gaan eten.

De lucht van het eten staat haar plots tegen.

Ze wil weg lopen maar de weg wordt haar versperd door de restauranteigenaar.

"Ik kom even vragen of je het naar je zin hebt Noëlle.

Echt leuk dat je er dit jaar zelf bij bent."

Hij trekt haar mee naar het buffet:

"Heb je al geproefd wat voor heerlijks onze chef heeft gemaakt?"

Hij schept een bordje voor haar vol en pakt een glas wijn voor haar.

Noëlle is het niet gewend dat iemand voor haar zorgt, ze laat het gelaten over zich heen komen.

Hij neemt haar mee naar een tafeltje waar een groepje collega's zit.

Eén van de collega’s vertelt haar dat ze dadelijk met een groep naar de kerstnachtdienst gaan.

“Dat doen we ieder jaar; zegt hij.

Ga gezellig mee?”

Noëlle loopt even later mee met de uitgelaten menigte en zingt luidkeels kerstliedjes met hen mee.

 

Het beeld verdwijnt van de muur.

Ik kijk Noëlle aan en zeg zachtjes:

“Zo kan het ook zijn.

Ga kleur in je leven brengen lieve Noëlle nu het nog kan.”

Ze kijkt me onderzoekend aan en zegt zachtjes:

“Die Kerstman had dezelfde doordringende ogen als u”

Ik kijk haar aan: “Noëlle onthoud dat ik vele gedaanten kan aannemen

om jou en anderen te helpen.” 

 

Het is tijd voor mij om terug te gaan naar mijn tak in de kerstboom, ik heb mijn kerstboodschap gebracht.

Volgend jaar ga ik weer bij Noëlle kijken, zij is dan druk met het voorbereiden van een kerstdiner voor haar

nieuwe vrienden.

 

©Carola

Youve Lifecoaching en Mediumschap

Op zoek naar je kracht? Youve zoekt mee!

www.youve.nl

Carola van Haaften is medium, gediplomeerd Life Coach en ervaringsdeskundige angstaanvallen.

Door haar levenservaring en mediamieke gave is zij in staat mensen te begeleiden in hun zoektocht naar zichzelf

en hen inzichten en tools te geven om naar hun kern en innerlijke kracht te gaan.

Over haar ervaringen met angstaanvallen schreef zij het veel gelezen blog 'Kun je van je angst afkomen?'

Zij heeft haar eigen praktijk als medium en Life Coach in Delft:

Youve Lifecoaching en Mediumschap

Youve is een samenvoeging van You en Have, dit staat voor:

JIJ HEBT alles in je om een krachtig persoon te worden.